In deel 2 kijkt Cousins onder meer naar het gebruik van close-ups, volgshots en kadrering. Ook de verplaatsing (beweging) en de ontdekking (verandering van perspectief) kunnen heel specifiek worden ingezet om de relaties tussen hoofdpersonen kleur te geven.
Conversation; Sofia Coppola (The Virgin Suicides), Cecile Tang (The Arch) en Angela Schanelec (Places in Cities) laten zien hoe verschillend je menselijke communicatie kunt vormgeven.
Framing: Precies uitgedachte kadrering blijkt hét middel om sport tot ballet te maken (Leni Riefenstahls Olympia) of emoties op te roepen (denk aan de smachtende blikken in Lucrecia Martels The Holy Girl).
Tracking: Als kijker kun je ook de indruk hebben dat jij het zelf bent die de acteurs volgt. In het ‘tracking shot’ beweeg je mee met of van de acteurs vandaan. Gave voorbeelden van de emotionele binding die dit oproept vind je in Chantal Akermans D’Est of in Le lit van Marion Hänsel.
Staging: Film is geboren uit het theater; in beide kunstvormen is de enscenering – de manier waarop acteurs door het beeld of over het toneel lopen (handeling), de plaatsing van decors, props en figuranten – cruciaal. Zo accentueert Kinuyo Tanaka in The Moon Has Risen de emotionele spanning door een onzichtbare geometrie in de beeldopbouw. En in het tragikomische Toni Erdmann van Maren Ade onderstreept de enscenering de afstand tussen vader en dochter.
Journey: Hoe het thema van de reis (beweging) verschillende personages samen kan brengen in een gedeelde ruimte zie je bij Andrea Arnolds overdonderende roadmovie American Honey.
Discovery: Plotselinge ontdekking: in Céline Sciamma’s Tomboy ziet de moeder haar kind opeens in een heel nieuw licht.